Duell
Door Astrid PaterTwee mannen staan tegenover elkaar. Ze kijken elkaar met een blik die weinigs goeds voorspeld. Met hun musketiercape proberen ze elkaar nog te intimideren, maar uiteindelijk is het toch tijd om de degens te kruisen in een spannend ‘duell’.
Vijf keer winnen
Wie als eerste vijf keer een duel weet te winnen mag zichzelf de
beste schermer noemen. Een duel win je door een tegenstander te
treffen, maar dat laat een tegenstander niet zomaar gebeuren. Deze
kan pareren en daarna op zijn beurt een treffende steek uitdelen.
Het is aanvallen en verdedigen. Wie hier handig in wordt en zichzelf
daarbij niet te veel in het nauw drijft, kan vrij simpel tot een
overwinning komen.
Het Basisspel
Het spel is opgebouwd in 3 verschillende niveaus, een handige manier
om het spel onder de vingers te krijgen. In het basisspel krijgen
beide spelers vijf kaarten. Op de kaart staat een getal van 1 tot
5. Dit is het aantal stappen dat je voor- of achteruit kunt zetten.
Je mag nooit een kaart uitspelen waarmee je van het bord afloopt,
of waarmee je over de tegenstander springt. Sta je drie plaatsen
verwijderd van je tegenstander dan kun je een kaart met het getal
drie spelen en de tegenstander treffen. Na elke uitgespeelde kaart
pak je weer een nieuwe van de stapel.
Het hoofdspel
Een duel wordt gewonnen wanneer je de tegenstander treft, wanneer
een tegenstander niet meer voor- of achteruit kan, en wanneer de
stapel met kaarten op is wint de speler die het verst van het startpunt
is verwijderd. In het basisspel is het voldoende een duel te winnen
door iemand te treffen, verdedigen kan dan nog niet. In het hoofdspel
mag je wel verdedigen, dit doe je door een kaart op te leggen met
dezelfde waarde als de trefwaarde. Je pareert dan, en daarna mag
je zelf ook meteen een kaar uitspelen. Je kunt dus meteen terug
aanvallen, maar er kan ook weer verdedigd worden.
Het bonusspel
Tenslotte is er het bonusspel, een stapeltje van acht kaarten wordt
geschud en er wordt één kaart van de stapel opengelegd.
Deze bepaald hoe de duelronde gespeeld gaat worden. Een ronde kan
dan gespeeld worden volgens de regels van het hoofdspel, maar ook
met bijvoorbeeld tien kaarten in plaats van 5. Ook is er een variant
waarin je niet achteruit mag bewegen en soms komt er een speelronde
waarin je de kaarten open op tafel moet leggen. Allemaal zeer bepalend
voor de tactiek.
Conclusie
Weer moet er geconcludeerd worden dat Ravensburger is gekomen met
leuk tweepersoons kaartspel. Door de opbouw in drie spelvarianten
is het spel zeer eenvoudig te leren. Het nadeel ligt misschien ook
wel weer in de eenvoud, een ronde is te snel voorbij en dat kan
van invloed zijn op de spanning. Toch kennen we spellen uit het
verleden waarbij dit concept ook heeft gewerkt (vier op een rij
& boter, kaas en eieren). In ieder geval is de prijs naar verhouding
weer prima, en ziet de uitvoering van Duell er verzorgd uit. Ravensburger
moet vooral doorgaan met het uitgeven van dit type spellen voor
twee personen, want ze zijn er zeer goed in.
Uitgever: Ravensburger
Speelduur: 30 min.
Auteur: Reiner Knizia
Spelers: 2
Leeftijd: vanaf 9 jaar
Prijs: € 12,50